Het Concertgebouw wordt internationaal geroemd door de magische akoestiek van de Grote Zaal. In de hele wereld zijn er maar twee andere concertzalen die eenzelfde allure hebben én eenzelfde akoestische kwaliteit: in Wenen en Boston.

Van jong tot oud en van beroemd dichter tot fervent muzikant bejubelt Het Koninklijk Concertgebouw om haar prachtige entourage. Elk jaar vinden er zo’n achthonderd concerten plaats voor een publiek van in totaal 850.000 mensen en Het Koninklijk Concertgebouw is de bindende kracht tussen allerlei mensen. Het interieur van de grote zaal is een wonder om naar te kijken, evenals de foyers op de bovenverdieping. De sfeer, de onovertroffen akoestiek, de service van de medewerkers: alles draagt bij aan een bijzondere ervaring. Maar wat is toch het geheim van de veelgeroemde akoestiek van de Grote Zaal?

Je voelt de muzikale historie doorklinken in de poriën van dit gebouw. Neem de grote componisten uit het verleden die hier zijn geweest: Mahler, Stravinsky, Debussy, Ravel, Rachmaninoff – allen stonden op het podium. In de tijd dat Het Concertgebouw gestalte kreeg, werd akoestiek nog beschouwd als een geheimzinnig samenspel van verschillende, ondefinieerbare factoren. Professioneel registratieapparatuur werd pas in de twintigste eeuw ontwikkeld. Zo is de Kleine Zaal vrijwel identiek aan de beroemde ovale zaal in Felix Meritis. De Grote Zaal werd wat betreft vormgeving en materiaalgebruik gebaseerd op de, in de Tweede Wereldoorlog verwoeste, grote concertzaal van het Gewandhaus in Leipzig.

In maart 2014 verscheen in het invloedrijke wetenschappelijk tijdschrift ‘Proceedings of the National Academy of Sciences’ een onderzoek naar de akoestische geheimen van een aantal wereldberoemde concertzalen. Zes Finse onderzoekers ontdekten dat zijwanden een cruciale rol spelen bij de akoestiek van zalen met de vorm van een ‘schoenendoos’, zoals de Grote Zaal van Het Concertgebouw. Bij latere restauraties heeft men steeds, omwille van de kwetsbare akoestiek, de oorspronkelijke vormgeving en afwerking van de zalen zoveel mogelijk intact gelaten. Want zelfs met de meest geavanceerde apparatuur laat de Grote Zaal zich het geheim van zijn weergaloze akoestiek niet ontfutselen!

Revolutie
Ook qua muziekaanbod heeft Concertgebouwdirecteur Martijn Sanders letterlijk de deuren opengezet voor een breder publiek: hij verbreedde het aanbod en verlaagde de drempel. In het verleden bezocht de trouwe garde Het Concertgebouw maar de directeur wilde juist een jonger publiek aantrekken. Om dat te veranderen organiseerde Het Concertgebouw de Robeco Zomerconcerten en Zondagochtendconcerten. Die series hebben een revolutie in het Concertgebouwbezoek veroorzaakt en de incidentele bezoeker het gebouw in gekregen: voor de Zomerconcerten komen honderdduizend bezoekers en voor de Zondagochtendconcerten vijftigduizend. Zo krijgen jonge, veelbelovende musici een kans en kan men inspelen op de actualiteit. De verbreding van het publiek werd verder bereikt door het programmeren van wereldmuziekconcerten, jazzconcerten (Het Concertgebouw heeft zijn eigen jazzorkest) en jeugdconcerten. Meer dan 55.000 jongeren uit het hele land bezochten het Concertgebouw middels educatieprojecten, kinderconcerten, CKV-projecten van scholen en het Cultureel Jongeren Paspoort.

Behind the scenes
Achter de schermen houdt Eerste Floormanager Marcel van der Kruk alles in de gaten. Hij werkt al jaren voor Het Koninklijk Concertgebouw en kent alle inside outs. Hij is op tien plekken tegelijk en heeft voor elk probleem een oplossing. ‘Komt goed, zeg ik altijd.’ De focus van zijn werkzaamheden komen steeds meer te liggen op het voorbereiden, op- en afbouwen van zalen voor concerten, repetities, ontvangsten, feesten en vergaderingen. Inmiddels geeft hij als Eerste Floormanager leiding aan alle operationeel medewerkers van Het Concertgebouw en variëren zijn werkzaamheden van lessenaars klaarzetten, vleugels verplaatsen en gordijnen ophangen tot een hijsplan maken voor licht en geluid, het begeleiden van stagiairs en het aansturen van BHV’ers. ‘Ik begin al om half zeven, want elke dag is het weer een gekkenhuis. Er moet zoveel gebeuren. En alles moet tegelijk klaar zijn. Dat is ook precies wat ik leuk vind aan mijn werk. Ik doe niets liever dan ervoor zorgen dat alles op rolletjes loopt. Dat iedereen tevreden is en alles perfect verloopt.’

Sprinten naar Het Concertgebouw
Het beeld dat alleen gepensioneerde klassieke muziekliefhebbers naar Het Concertgebouw gaan, is inmiddels achterhaald. Juist kinderen, ouders, jazzliefhebbers of fans van André Hazes of Ilse de Lange to name a few, komen graag naar deze magische plek. Jonge mensen willen graag alles meemaken, proeven en ervaren. Ben je jonger dan dertig jaar en wil je van alles beleven? Dus ook een concert in Het Concertgebouw? En het liefst niet al te duur? Goed nieuws, want in Het Concertgebouw kun je sprinten voor slechts zestien euro. En ben je onder de dertig én lid van Entree, de jonge vrienden van Het Concertgebouw en het Koninklijk Concertgebouworkest? Dan sprint je voor dertien euro naar concerten van het Koninklijk Concertgebouworkest en de Eigen Programmering van Het Concertgebouw. Een Sprintplaats geldt in principe voor alle concerten waar nog plaatsen voor beschikbaar zijn. Voor alle genres, dus voor klassiek, pop, kinder- en jazzconcerten. En het hele jaar door.

Groen, groener, groenst
Het Koninklijk Concertgebouw kleurt steeds groener. Dankzij een bijzondere bijdrage van de BankGiro Loterij van tweeëneenhalf miljoen, verdeeld over vijf jaar, werkt Het Concertgebouw aan een grotendeels duurzaam functionerende organisatie. Doelstelling is om zowel het energieverbruik als de CO2-uitstoot met veertig procent te verminderen, plus de food waste met vijfentwintig procent. Grote stappen zijn inmiddels gezet. Zo zijn het afgelopen jaar de tachtig podiumspots van de Grote Zaal vervangen door ledlampen. Dit levert een besparing op van 208.517 kWh, ofwel 116.818 kilogram CO2. In de kelder van het gebouw is zelfs nagenoeg geen gloeilamp meer te vinden. Het Concertgebouw realiseerde in 2014 al een vermindering van de food waste van vijftien procent; in 2015 is nog eens acht procent gerealiseerd. Daarnaast serveert Het Concertgebouw inmiddels uitsluitend ‘groene’ thee. De hapjes rond concerten zijn voor negentig procent biologisch en alle schoonmaak- en afwasmiddelen zijn vervangen door honderd procent afbreekbare varianten.

Facts & figures Het Concertgebouw

Foto: Hans Roggen